MARC Record
Leader
001
003535220
003
BE-GnUNI
005
20250201132145.0
008
050531s2005 be || |000 ||dut|c
020
a| 9044117912
035
a| LILEH-497816
035
a| TIELT-457641
035
a| HUB-29838
035
a| HUBNL-1490433
035
a| khklo-37637
040
a| Howest
084
a| 460.8
2| vsiso
245
0
0
a| Nieuwe organisatievormen voor leerlingen met specifieke noden :
b| een verkenning.
260
a| Antwerpen :
b| Garant,
c| 2005.
300
a| 162 p. :
b| ill.
500
a| April 2005
505
2
a| Dit boek is de neerslag van een probleemverkenning met als centrale vraag: Hoe kan de onderwijsorganisatie zo optimaal mogelijk inspelen op de noden van jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften? Het huidige netwerk van voorzieningen voor buitengewoon onderwijs is in Vlaanderen uitgebouwd op basis van de bekende acht types en de vier opleidingsvormen in het buitengewoon secundair onderwijs. De regelgeving, organisatie en financiering van het buitengewoon onderwijs zijn opgehangen aan die typologie. Maar deze indeling op basis van grote categorieën van 'handicaps' blijkt niet altijd even geschikt. Bovendien gaat de aandacht nu veel sterker naar de noden die iemand met een functiebeperking ondervindt in de interactie met zijn omgeving. Vandaar de omschrijving 'jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften'. We zien een tendens waarbij enerzijds de vraag stijgt naar specifiekere leertrajecten en anderzijds mensen aangepaste zorg in gewone scholen wensen. Een continuüm van onderwijsvoorzieningen kan hierop een antwoord bieden. Met de medewerking van wetenschappers en ervaringsdeskundigen onderzocht de Vlaamse Onderwijsraad verschillende aspecten van dit thema, zoals pro en contra van de huidige typologie; hoe de 'handelingsgerichte diagnostiek' het zorgprofiel van leerlingen kan helpen bepalen; hoe de verschillende onderwijsvoorzieningen uit het gewoon en buitengewoon onderwijs beter op elkaar kunnen inspelen en elkaar aanvullen; de samenwerk
505
2
a| Ing tussen gewoon en buitengewoon onderwijs; de samenwerking met specifieke zorginstellingen en andere sectoren. De bijdragen van de deskundigen handelen ook over buitenlandse modellen voor onderwijs aan leerlingen met specifieke noden en schetsen de algemene juridische achtergrond.
520
3
a| Hoe kan de onderwijsorganisatie zo optimaal mogelijk inspelen, op de noden van jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften? En met welke haalbare en bruikbare procedures kunnen scholen en CLB's zich een betrouwbaar beeld vormen van die specifieke noden, zodat ze een aangepast zorgprofiel voor hun leerlingen kunnen opstellen? Het huidige netwerk van voorzieningen voor buitengewoon onderwijs is in Vlaanderen uitgebouwd op basis van de bekende acht types en de vier opleidingsvormen in het buityengewoon secundair onderwijs. De regelgeving, organisatie en financiering van het buitengewoon onderwijs zijn opgehangen aan deze typologie. Maar deze indeling op basis van deze grote categorieën van "handicaps" blijkt niet altijd even geschikt. Bovendien gaat de aandacht nu veel sterker naar de noden die iemand met een functiebeperking ondervindt in de interactie met zijn omgeving. Vandaar de omschrijving "jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften". De vraag n
520
3
a| Aar andere specifieke leertrajecten enerzijds en naar aangepaste zorg, anderzijds groeit. Een continuûm van onderwijsvoorzieningen kan hierop een antwoord bieden.
520
a| Dit boek is de neerslag van een probleemverkenning met als centrale vraag: Hoe kan de onderwijsorganisatie zo optimaal mogelijk inspelen op de noden van jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften? Het huidige netwerk van voorzieningen voor buitengewoon onderwijs is in Vlaanderen uitgebouwd op basis van de bekende acht types en de vier opleidingsvormen in het buitengewoon secundair onderwijs. De regelgeving, organisatie en financiering van het buitengewoon onderwijs zijn opgehangen aan die typologie. Maar deze indeling op basis van grote categorieën van 'handicaps' blijkt niet altijd even geschikt. Bovendien gaat de aandacht nu veel sterker naar de noden die iemand met een functiebeperking ondervindt in de interactie met zijn omgeving. Vandaar de omschrijving 'jongeren met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften'. We zien een tendens waarbij enerzijds de vraag stijgt naar specifiekere leertrajecten en anderzijds mensen aangepaste zorg in gewone scholen wensen. Een continuüm van onderwijsvoorzieningen kan hierop een antwoord bieden. Met de medewerking van wetenschappers en ervaringsdeskundigen onderzocht de Vlaamse Onderwijsraad verschillende aspecten van dit thema, zoals pro en contra van de huidige typologie; hoe de 'handelingsgerichte diagnostiek' het zorgprofiel van leerlingen kan helpen bepalen; hoe de verschillende onderwijsvoorzieningen uit het gewoon en buitengewoon onderwijs beter op elkaar kunnen inspelen en elkaar aanvullen; de samenwerking tussen gewoon en buitengewoon onderwijs; de samenwerking met specifieke zorginstellingen en andere sectoren. De bijdragen van de deskundigen handelen ook over buitenlandse modellen voor onderwijs aan leerlingen met specifieke noden en schetsen de algemene juridische achtergrond.
650
7
a| Buitengewoon onderwijs.
2| z
650
7
a| Buitengewoon secundair onderwijs.
2| z
650
7
a| Inclusief onderwijs.
2| gtt
0| (NL-LeOCL)096477709
650
7
a| Pedagogiek en onderwijskunde
x| Psychologische pedagogiek.
2| z
650
7
a| Zorgverbreding
x| Secundair onderwijs.
2| z
710
2
a| VLOR. Raad Secundair onderwijs
g| Vlaamse Onderwijsraad
4| oth
852
4
b| HWSJS
c| SJS
j| SJS.BOEK.460.8.VLOR.05
p| 2008887
920
a| book